MKB-winkeliers gebukt onder symboolpolitiek en regeldruk

HILVERSUM - De zelfstandig winkeliers aangesloten bij brancheorganisatie het Vakcentrum zijn blij met de toenemende erkenning door politiek en bestuur. Zo staat de detailhandel expliciet beschreven in het coalitieakkoord. De ondernemers willen die erkenning wel concreet ingevuld zien en missen nog de vertaling naar de praktijk, zo werd duidelijk op de jaarlijkse Dag van het Vakcentrum, gisteren in Hilversum.

Symboolpolitiek versus dagelijkse praktijk
 “We hebben recent op verschillende onderwerpen, forse lobby gevoerd. Maar als je het geheel dan nog eens overziet, merk je dat het er om gaat dat politici nog te veel denken vanuit het eigen doel zonder een bredere blik op de effecten in de samenleving”, zo stelt Vakcentrumdirecteur Patricia Hoogstraaten.

“De voorbeelden zijn bekend. Maatregelen ter controle van de verkoop van biologische producten leiden tot meer verpakkingsafval en hoge administratieve lasten. Dus beslissen ondernemers juist om minder biologische producten te gaan verkopen of alleen verpakte. De Nederlandse uitwerking van de Europese biologische verordening slaat de plank mis en is contra productief”.

Maatregelen gericht op de beperking van het aantal verkooppunten tabak kunnen, in de huidige vorm, leiden tot het faillissement van 500 kleinere supermarkten die in de (kleinere) dorpen een belangrijke sociale rol vervullen. Daarmee wordt dus ook direct de leefbaarheid in die kleinere dorpen aangetast. “Het Vakcentrum vraagt dan ook met name aandacht voor die bedrijfseconomische en leefbaarheidseffecten van de maatregel op de mkb-winkelier en de bevolking in die winkelgebieden. Oudere bevolking, mensen zonder eigen vervoer, verenigingen worden hierdoor getroffen. Die discussie moet dus breder gevoerd kunnen worden dan vanuit de gezondheidsoptiek rond tabak”.

De voorgenomen maatregelen rond tabak maar ook de ideeën rond extra belasting op specifieke producten (suikertaks, vleestaks) en accijnzen jagen de consument steeds vaker over de grens voor het doen van aankopen. Dit leidt dan niet alleen tot het weglekken van levensmiddelenomzet. Ook andere aankopen worden dan gelijk over de grens gedaan. Ook hier is dus meer in het geding dan alleen de volksgezondheid.

Een moderne arbeidsmarkt is ook een flexibele arbeidsmarkt
De detailhandel is de grootste private werkgever van ons land. Het werken in de winkel is voor menigeen ook het eerste baantje. Voor de retail is flexibiliteit van groot belang. De drukte in de winkel kan immers sterk wisselen. Ook de werknemers vragen in toenemende mate om flexibiliteit. Zij willen zichzelf kunnen inroosteren als dat past in de studie- of gezinssituatie. De leden van het Vakcentrum wijzen een verdere beperking van flexibele arbeid als gevolg van het voornemen om het besluit Wfsv (Wet financiering sociale verzekeringen) en het Besluit nadere regels oproepovereenkomsten’ te wijzigen dan ook zeer beslist af. “Het lijkt erop dat politici de werknemers als zwakkere partij zien die flexibele arbeid maar moeten accepteren. Dat is niet zo. Veel van onze werknemers hechten juist aan flexibiliteit”.

De focus op ‘vast’ kan ertoe leiden dat werkgevers minder snel geneigd zijn om te kiezen voor jongeren. Het eerste baantje in de winkel raakt hierdoor uit beeld. En daarmee vervalt de mogelijkheid tot het opdoen van waardevolle ervaring, aangevuld met de nodige opleidingen.

Darkstores zijn ook winkels
“Een store is een winkel. Dat is een eenvoudige vertaling. Er worden levensmiddelen verkocht aan consumenten. Dat betekent dat dark stores zich ook gewoon moeten voegen naar de spelregels die gelden voor levensmiddelenwinkels. In de CAO voor de levensmiddelendetailhandel is jaren geleden al vastgelegd dat deze geldt voor zowel de fysieke als virtuele handel in levensmiddelen”. Volgens het Vakcentrum is het dan ook duidelijk ook dark stores en online supermarkten vallen gewoon onder de bestaande cao. Daarmee krijgen de medewerkers van de online bedrijven ook dezelfde bescherming als de medewerkers in de reguliere levensmiddelendetailhandel en blijft er een gelijk speelveld.

Duurzaamheid integraal onderdeel van de bedrijfsvoering
Duidelijk werd dat duurzaamheid tegenwoordig een integraal onderdeel van de bedrijfsvoering is bij de zelfstandig ondernemers. De winkeliers nemen hun verantwoordelijkheid op diverse vlakken, bijvoorbeeld in de samenstelling van het assortiment en de kwaliteit van de producten die zij aanbieden. “Het is dan van belang dat er wel een gelijk speelveld wordt gecreëerd en oneerlijke concurrentie met dubieuze producten zo veel mogelijk wordt teruggedrongen. Het invoeren van btw op import uit het Verre Oosten is in dat opzicht een goede, eerste, stap. Ook moet er gekeken worden hoe de financiering van duurzaamheidsinitiatieven kan worden ondersteund. Zeker voor de winkeliers die nu herstellen van de lockdown is dit een belangrijk item”.

Beteugel inflatie door wig te verkleinen
De Vakcentrumleden spraken ook uit dat de overheid de inflatie moet bestrijden in plaats van aanwakkeren. Dat kan door de zogenoemde wig (het verschil tussen de loonkosten en het nettoloon) te verkleinen. Dat de consument minder bestedingsruimte heeft kan hiermee worden opgelost. Deze ingreep maakt dat de kosten voor ondernemers niet stijgen en dus ook prijzen voor de consument niet verhoogd hoeven worden. Loonsverhogingen, zoals onder andere door minister-president Rutte voorgesteld, hebben wel een prijsopdrijvend effect.

De gestegen inkoopsprijzen en hogere energietarieven kunnen al niet een op een worden doorberekend aan de consument. De marges worden dus al kleiner. Een loonsverhoging, kan daar niet zomaar bovenop. Zeker niet in een sector waarin een groot aantal bedrijven nog niet is hersteld van de corona en bovendien fors moet investeren om de uitdagingen van de toekomst aan te kunnen gaan.

 

Bron: Vakcentrum

Laatste nieuws