Koopkracht daalt gemiddeld 2,7 procent door hoge inflatie

DEN HAAG - De koopkracht van Nederlanders daalt dit jaar met gemiddeld 2,7%, meldt het CPB vandaag. Het is de grootste koopkrachtdaling in veertig jaar. Oorzaak zijn de snel gestegen prijzen van onder meer energie en voeding. Het CPB verwacht verder dat de economie dit jaar plust met 3,6%, ondanks de onrust in het oosten van Europa.

Al voor de Russische inval in Oekraïne was er sprake van flinke prijsstijgingen. Zo liep afgelopen najaar de gasprijs al flink op. Ook de prijzen in de supermarkt stegen. Door de oorlog in Oekraïne zijn de prijzen voor gas en brandstof de voorbije weken nog veel verder omhoog gegaan.

De inflatie komt naar verwachting dit jaar uit op 5,2%. Daar staat voor een aantal huishoudens weliswaar een hoger inkomen tegenover, maar die stijging is kleiner dan die van de prijzen aan de pomp of in de supermarkt. Dit alles zorgt er dus voor dat we minder kunnen kopen voor ons geld.

Het CPB heeft drie scenario's uitgewerkt, waarbij het waarschijnlijkste scenario uitgaat van 2,7% koopkrachtverlies. Mocht de inflatie dit jaar lager uitvallen, blijft het verlies van koopkracht beperkt tot 0,6%. In het negatiefste geval kunnen Nederlanders dit jaar gemiddeld 3,4% minder kopen.

De politiek kijkt al enige tijd naar manieren om huishoudens tegemoet te komen. Eerder is al besloten om een compensatieregeling op te tuigen voor de hoge energierekening. Maar daar blijft het waarschijnlijk niet bij. Het kabinet bekijkt de komende tijd of het ook andere maatregelen kan nemen, maar het heeft daarbij altijd gezegd eerst de koopkrachtcijfers van het CPB af te wachten.

Laatste nieuws