DNB: 'Kwaliteit auditfunctie schiet te kort'

AMSTERDAM - Uit verdiepend onderzoek van De Nederlandsche Bank (DNB) bij 33 trustkantoren blijkt dat de uitoefening van de auditfunctie nog onvoldoende effectief is. DNB heeft inmiddels het beoordelingskader gepubliceerd. Vanaf 1 januari 2015 dienen trustkantoren een onafhankelijke en effectieve auditfunctie te hebben ter versterking van de integere en beheerste bedrijfsvoering.

In 2016 heeft DNB een themaonderzoek naar de kwaliteit van de auditfunctie bij trustkantoren uitgevoerd. Hiervoor is in het voorjaar van 2016 een self-assessment gedaan door alle 144 trustkantoren die als groepshoofd fungeren. In vervolg hierop heeft DNB een verdiepend onderzoek uitgevoerd bij 33 trustkantoren. 

Tijdens het verdiepend onderzoek hebben zeven van de 33 onderzochte trustkantoren besloten met hun activiteiten te stoppen en hun trustvergunning in te leveren. Alle overige 26 trustkantoren (op één na) hebben een auditfunctie opgezet, maar de uitoefening is nog onvoldoende effectief.

Afgelopen september konden veertien trustkantoren nog geen auditrapportage overleggen. Ruim twintig maanden na de inwerkingtreding van de Regeling integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren (Rib Wtt 2014). Verder moeten alle trustkantoren de vastlegging van de procedures voor de onafhankelijke en effectieve uitoefening van de auditfunctie aanscherpen. Daarnaast spelen bij zes trustkantoren onafhankelijkheidsissues. 

DNB heeft besloten om haar beoordelingskader te publiceren. Zo wil DNB de trustsector enige handvatten bieden om te voldoen aan de vereisten voor de auditfunctie op grond van de Rib Wtt 2014. .

Laatste nieuws